Door de wekker gewekt vanmorgen, dat is me nog niet overkomen deze week. Zoals altijd onrustig geslapen, maar daar maal ik niet meer om.
Kwart voor zes reden we goedgemutst weg van Bolsward naar onze laatste startplaats Dokkum. Een prachtige stad dat Dokkum, al dacht Bonifatius daar in 754 waarschijnlijk anders over. Over de mooie nieuwe centrale as om Leeuwarden reed het mooi rustig en het was dan ook niet verwonderlijk dat we ruim op tijd arriveerden en het ons wederom gegund was om een bakkie koffie te nuttigen. Koffie-kwaliteit niet slecht dit jaar, dat moet gezegd. Alle bekende gezichten stonden vrolijk vanmorgen. In wandelkringen nemen we die laatste dag niet meer serieus, sneuvelen zullen we niet meer, al dacht Tinus uit Burgwerd er misschien toch wat anders over. Geblesseerd aan zijn rug, liep dit stoere oermens anders dan anders. Het hoeft verder geen uitleg dat hij de finish haalde.
Met Sietze en Jan T. uit Boalsert weer op weg via een nieuwe route over Rinsumageest en eens niet over Damwoude. Even wennen, want de koffie met cake was nu wat eerder, maar wat mij betreft kan dit vaker. Veel lopers liepen met een Fries shirtje, rokje, petje en zelfs veters. Ja, wij Friezen zijn trots op onze kleuren en zelfs Belgen en Zeeuwen liepen in een pompeblêdshirt. Welk een verbroedering, je kan je dan niet voorstellen welke ellende er is verderop in de wereld.
Zoals bekend is wandelen niet zo moeilijk: het ene been voor het andere en dit repeteren, vandaag waren dit zo’n 35.000 stappen met een afstand van 27,9 km. Zijn misschien wat zinloze feiten, evenals misschien deze blog, maar dit komt nu even spontaan in mij op, vandaar deze vermelding.
Na wat koffiepauzes, de laatste in Tietjerk of Oenkerk kwamen we langs het bekende Elfstedenmonument ‘It sil heve’ met allemaal portretten van deelnemers aan de schaatselfstedentocht. Helaas hangt er geen tegeltje van mij. Heb nimmer de tocht geschaatst. Om mijn zelfvertrouwen en ego toch wat op te krikken en u het beeld te geven dat ik dan toch meer dan gemiddeld iets heb met de Tocht der Tochten: 26 keer heb ik hem gefietst en nu dus 11 keer gelopen. In het land van Elfstedenbedwingers op de Elfstedenladder ben je dan lang geen middenmoter. Gisteren kwam ik een man tegen die voor de 46e keer deelnam aan de Elfstedenwandeltocht en die had een kleindochter die al acht keer heeft deelgenomen aan de Vierdaagse van Nijmegen (u weet wel, een slecht aftreksel van ‘onze’ tocht). Nu is die acht keer deelname pas bijzonder als je haar leeftijd kent: ze wordt achttien.
De laatste kilometer ging weer door het bekende park waar menigeen zich had neergevlijd in het kortgemaaide gras. Toch was er respect voor ons. Mensen klapten zelfs soms, jawel dit doet ons toch wel wat zullen we maar zeggen. In de Harmonie groot feest uiteraard. Het was de Commissaris van de Koning John Jorritsma die mij persoonlijk de hand drukte en lovend sprak over de geweldige prestatie mijnerzijds en hij kon tevens de Bolsward-promotion zeer waarderen en zelfs sprak hij over zijn Bolswarder roots. U snapt wel: bovenstaande klopt natuurlijk niet. Gelukkig ben ik een nobody en dat willen wij Elfstedenwandelaars graag blijven.
Dan maar aan het goudgele vocht en het mag gezegd en geroemd worden dat wij Bolswarders een prima rol speelden in de winstmarge van de catering in dit theater. Het was zelfs zo erg dat deze jongen zijn bier over Sietze gooide wat mij op een welgemeende ‘getverdemme’ te staan kwam. Enige beneveling was mij niet meer vreemd, de woorden kwamen wat verwrongen uit mijn mond, ja het was gezellig. Natuurlijk – vóór deze ontbindende staat – nog vele mensen gefeliciteerd, waaronder Piet, broer Piet, broer Lucie (10e keer, hij hoort er nu ook bij), Cathrinus, Anna, Marijke, Loltsje, Tinus, man uit Utrecht, man uit Middelburg, Feie (mooi shirtsje) en vrouw, Nanne en nog zoveel anderen.
Het was weer een prachtige week!
Oant folgend jier!